In de wateren van Nederland komen veel verschillende vissoorten voor en deze zijn indicatief voor de waterkwaliteit. De een leeft in zijtakken van een rivier, de ander in een meer of smalle watergang. Elke soort stelt zo zijn eigen specifieke eisen aan een functioneel leefgebied. En sommige vissoorten leven maar een klein deel van hun leven in de rivieren die Nederland rijk is. 

​

Onderzoek naar de samenstelling van vispopulaties is dan ook noodzakelijk als een ruimtelijke ontwikkeling in of nabij oppervlaktewater plaatsvindt. Onderzoek naar vissen kan op verschillende manieren worden uitgevoerd:

• Schepnet;

• Elektrovisapparatuur (met ontheffing);

• eDNA;

• Sleepnetten;

• Fuiken;

• Kruisnet.

 

Met behulp van één of meerdere van de hierboven genoemde methoden en literatuuronderzoek wordt onderzocht welke vissoorten in en rondom het plangebied voorkomen en welke functie het oppervlaktewater bekleed. In sommige gevallen voldoet literatuuronderzoek. Per plangebied kijken wij altijd wat de beste onderzoeksmethode is.